vrijdag 3 juni 2011

mamaia


Ik besloot een dag langer in Constanta te blijven. Vooral om het nog even aan te kijken, met al die pillen (twee soorten) waar ik nu aan zit. In Bulgarije ziek worden van Roemeense medicijnen terwijl ik beide talen niet spreek, zag ik niet zitten. Dus informeer ik de hosteljongen dat ik van plan was nog iets langer in Constanta te blijven. “Oh. Ik weet zeker dat we ergens wel een plaatsje voor je vinden, maar morgen komen er negen Bosniërs”. Vooralsnog heb ik nog geen Bosniër bespeurd hier, er was een Zwitser met een verschrikkelijk vervelend accent, en twee Italianen die uiteraad alléén Italiaans spraken, of eerst in het Engels en dan vervolgens in het Italiaans er nog een keertje achteraan. Zoals we dat van ze gewend zijn.

Gisteravond ging ik naar Mamaia. Dat is een soort Lloret-de-Mar, maar dan Roemeens. Tussen communistische flats heeft men geprobeert een luxueus resort te bouwen. Een mislukte poging. Aangezien het hoogseizoen nog niet was begonnen, zag het er extra troosteloos uit. De zee was daarentegen weer prachtig, maar ik denk niet dat die ergens níet mooi kan zijn.


Ik vind het toch wel op z'n minst jammer dat ik na een kleine zes dagen Constanta moet verlaten, want deze plek is echt ontzettend mooi. Maar gelukkig ga ik morgen naar Varna, een plaatsje 3 uur ten zuiden van Constanta. Ook aan de Zwarte Zee. Er veranderd dus vrijwel niks. Ook daar heb je resorts vol vergane glorie, goedkoop eten en drinken, semi-mediterrane cultuur, wilde stranden en heel veel zon. Hopelijk alleen iets minder muggen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten